Het zelfbouwhuis - aflevering 46

Luchtdicht maken van de woning - Ep. 46 - In deze aflevering van 'Het zelfbouwhuis' zetten we een volgende stap naar een energiezuinige woning. We voorzien een luchtdichte coating op alle gebouwaansluitingen in onze buitenste schil en laten een tussentijdse luchtdichtheidsmeting doen, zodat we weten waar de aandachtspunten zitten.

Transciptie 

In de vorige aflevering goten we een nieuwe trap in beton.

We berekenden de juiste verhoudingen, zodat we de bekisting correct konden plaatsen.

Daarna storten we het beton en lieten we alles voldoende lang drogen voor we de bekisting verwijderden.


In deze aflevering zetten we een volgende stap naar een energiezuinige woning. We voorzien een luchtdichte coating aan de buitenste bouwschil en laten een tussentijdse luchtdichtheidsmeting doen.


Door mee te helpen met de uitvoering van de werken, kunnen we op die manier zo’n 1200 euro uitsparen.


Bij de renovatie van Het zelfbouwhuis willen we een meer energiezuinige woning bekomen. Dit deden we al door onder meer een ventilatiesysteem en zonnepanelen te voorzien en door de buitenschil van het gebouw goed te isoleren.

Maar dat is nog niet voldoende.


Man 1

(C0094)
Om een energiezuinige woning te bereiken, moeten we luchtdicht bouwen gaan combineren met isoleren.

Dus het is de combinatie van het isoleren en het luchtdicht maken van de woning die leidt tot een energiezuinige woning.


Man 1

(C0103)
Dus luchtdichtheid is een essentieel aspect voor het waardebehoud van uw woning, voor een groene woning, om te voldoen ook aan de eisen van de overheid wat betreft energie, en om allemaal te gaan naar een betere en groenere planeet.


Man 1

(C0109)
Overleg als particulier steeds met de architect over welke zones dat er allemaal moeten luchtdicht gemaakt worden. De architect kan u daar zeker in adviseren. En daarnaast, doe – als u het zelf doet – doe zeker een beroep op de fabrikant, er zijn verschillende fabrikanten bereid om tot bij uw woning te komen en jullie op te starten bij het project. En dan hoeft de luchtdichtheid zeker geen stukken van mensen te kosten.
Over het algemeen is het vooral de buitenschil van de woning die aandacht vraagt om luchtdicht te maken, omdat op die plaatsen tocht je woning zou kunnen binnendringen. Door dit aan te pakken kun je op die manier je latere energiekost verminderen.

De luchtdichtheid van de muren wordt verzekerd door het pleisterwerk, maar daarnaast zijn er een aantal punten waar geen of minder pleisterwerk mogelijk is. Denk dan maar aan de naad tussen vloer en wand, vloer en plafond, de dagkanten van de ramen…

Die zones zijn dus delicate punten die een extra beschermlaag kunnen gebruiken.

Man 1

(C0111)

Het gebruikte product is een coating. Een coating die droogt naar een luchtdicht membraan.

De structuur of de chemische eigenschappen van dat product is dat het een heel dense structuur heeft. Dus we mogen het niet te dun aanbrengen, maar zeker ook niet te dik. Vandaar, een goeie voorbereiding is essentieel.

Het product droogt dan naar een luchtdicht membraan en een van de belangrijkste eigenschappen van dit product of het luchtdicht membraan is dat het hecht op het volledige oppervlak en perfect de vormen eigenlijk volgt van het oppervlak. Wat eigenlijk een nadeel is van tapes en folies die gebruikt worden, die niet volledig hechten op het oppervlak en ook de contouren van het oppervlak niet volledig volgen. Dus met een luchtdichte pasta of vloeistof verkrijgt u gewoon een veel beter resultaat.

Voor we die coating kunnen gaan aanbrengen, moeten we de nodige voorbereidingen treffen.

Dit wil onder andere zeggen: de vloer stof- en watervrij maken. Zo ben je zeker dat het product voldoende zal hechten.


Daarnaast moeten we, waar leidingen uit de muur komen, een kleine mortelbrug voorzien. Zo liggen de leidingen vast en voorkom je dat je op die plaatsen een te dikke laag zou moeten smeren, wat nefast is voor het resultaat.


Is dit gebeurd, kunnen we overgaan tot het luchtdicht maken van de eerste gebouwaansluiting: de naad tussen vloeren en wanden.


De leverancier toont ons hoe we te werk moeten gaan, zodat we kunnen meehelpen met de werken.


Je kan het product gemakkelijk aanbrengen met een borstel.

Belangrijk hierbij is om een voldoende dikke laag aan te brengen. Het is niet de bedoeling dat je zoals bij het verven goed uitwrijft. Hier moeten we smeren en brengen we de pasta dus rijkelijk aan.


Door de vezels in het product kan het gaten tot 5 mm opvullen, dus smeer bijvoorbeeld in de voegen goed in twee richtingen zodat alle gaatjes voldoende gevuld zijn.


Té grote gaten of een té dikke laag zijn echter niet aan te raden. Daarom voorzien we de nodige mortelbruggen, zodat je overal een min of meer egale laag kan aanbrengen.


Op het gelijkvloers moeten we ook rekening houden met de waterkering.

Je smeert dus een strook van op de vloer tot 10 cm boven de waterkering. Zo komt het membraan tot boven de afgewerkte vloer en onder het pleisterwerk, en ben je zeker dat je daar geen luchtverlies krijgt.


Er bestaat trouwens ook een variant van het product zonder vezels, die je met een airless spuitmachine kan aanbrengen. Daarmee kan je een stuk sneller werken, maar het huren van zo’n machine brengt natuurlijk extra kosten met zich mee.


Zorg ervoor dat je de vloer-wand naden op alle verdiepingen aanpakt. Op niveau 1 en 2 is er uiteraard geen waterkering, dus daar hoeft de aangebrachte strook niet zo breed te zijn. Let er enkel op dat die tot zo’n 10 cm boven je afgewerkte vloerniveau komt.


Man 1

(C0099)
En op dezelfde wijze gaan we de andere gebouwaansluitingen luchtdicht maken. Dus naast de vloer-wandaansluiting hebben we de wand-plafondaansluiting, de dagkanten van de ramen, de buisdoorvoeren en de technische ruimte.

Voor de wand-plafondaansluiting hoeft echt geen brede zone aangebracht te worden van deze luchtdichte pasta. Een zone van 3 op 3 cm is meer dan voldoende. Waarom is dat eigenlijk nodig die wand-plafondaansluitingen…  Dat is omdat het… het pleisterwerk in de wand-plafondaansluitingen heel gevoelig is voor scheuren. Zeker waar dat twee bouwmaterialen samenkomen. Dus vandaar het belang. Dus die wand-plafondaansluiting gaan we doen op alle verdiepen.

We zorgen opnieuw voor een goeie afdekking van de naad.
Één laag is trouwens voldoende, want het product hecht zich meteen goed vast aan de ondergrond.
Wanneer het droog is, wordt het een folie die 200 % rekbaar is. Als het gebouw zich dan achteraf nog wat zet, past het membraan zich dus aan en zal het niet scheuren.
Als je te maken krijgt met oude muren met loszittende onderdelen, is nog een extra tussenstap nodig.

Nadat je de losse stukjes afgeborsteld hebt, moet je eerst een primer aanbrengen. Die zorgt ervoor dat de coating zich goed en aansluitend zal hechten op de ondergrond.
Is de primer droog, dan hanteer je gewoon terug dezelfde werkwijze.
Een derde situatie waar je mee te maken kan krijgen, zijn buisdoorvoeren.
Voor je daaraan begint, moet je de kabel eerst vasthangen. Want te veel beweging zou ervoor kunnen zorgen dat het membraan gaat scheuren.
Nadat we de leiding met montagepluggen en snelbinders gefixeerd hebben, vullen we de doorvoer eerst verder op met PU-schuim.

Dit zorgt ervoor dat de buis ook in het gat vastzit, vult het gat en heeft daarenboven een isolerende werking.
Is het schuim voldoende uitgedroogd, kun je het afsteken, zodat het aansluit met de muur.
Daarna breng je er de pasta over aan.

Ga zeker goed rondom rond en tot in alle hoekjes en kantjes zodat er geen openingen meer zijn.
Ten slotte doen we nog de luchtdichte afwerking van de ramen.

Man 1

(C0101) De luchtdichting van de dagkanten ramen is echt wel heel belangrijk en essentieel voor het behalen van een goeie luchtdichtheidswaarde. Denk maar aan oudere woningen. Als het heel sterk waait, dan zie je gewoon uw gordijnen bewegen. Of dan voel je… voel je de tocht die erlangs komt, dus je kan je inbeelden hoeveel luchtverlies of energieverlies je verkrijgt door een slechte luchtdichtheid van de dagkanten van ramen.

Daarvoor moeten we eerst de aangebrachte beschermfolie van onze raamprofielen wat weghalen.
Dan kun je de profielen gaan afplakken.

Laat een paar milimeter over, zodat de folie zich ook kan hechten aan het raamkader.
Daarna wrijf je de naad rijkelijk in met de coating. Doe dit zowel aan de zijkanten als boven- en onderaan, zo krijg je een doorlopend geheel rondom het raam.
Vergeet niet om de tape er terug af te halen. Doe dit terwijl het product nog nat is, zodat je het er makkelijk afkrijgt.
Na een aantal uren of dagen – afhankelijk van de temperatuur – wordt de coating zwart en vormt hij een luchtdichte folie.

Nadat je zo het hele huis aangepakt hebt, zullen de verschillende bouwaansluitingen en bouwknooppunten heel wat minder luchtverlies veroorzaken.

Man 1

(C0099)

Nadien gaat eigenlijk de combinatie van het luchtdicht membraan – dat we nu hebben aangebracht – met het spuitpleister dat achteraf wordt aangebracht – met telkens een kleine overlap, zorgen voor een volledige luchtdichte bouwschil, om een goede luchtdichte waarde te halen. Een goede luchtdichte waarde wil zeggen 0,6 of 1 op de N50-waarden.

Nu we de luchtdichtheidswerken gedaan hebben, beslissen we een tussentijdse luchtdichtheidsmeting of blowerdoortest te laten uitvoeren voor we aan de pleisterwerken en vloeropbouw beginnen.

Man 2

(C0139)

De luchtdichtheidsmeting die werd uitgevoerd is een indicatieve meting. Dat laat toe om te kijken waar de woning zich momenteel bevindt op vlak van luchtdichtheid. Die… proberen we natuurlijk zo scherp mogelijk te maken. Daarom de tussentijdse meting om nog te zien waar er inspanningen kunnen geleverd worden op vlak van luchtdichtheid. De bedoeling daarvan is om de ontstenteniswaarde, dus het aantal kubieke meters per uur die via uw schil van uw woning naar binnen komen, dat cijfer zo laag mogelijk te houden en daarmee dan zo veel mogelijk EPB-punten te gaan winnen.

Man 2

(C0145)
Het voordeel van een tussentijdse meting is dat de klant nog aanpassingen en inspanningen kan leveren op luchtdichtheid. En dankzij die tussentijdse meting kunnen we nog advies verstrekken, want als we wachten tot op het einde van de bouwfase, zijn die aanpassingen quasi niet meer mogelijk.
Voor er kan overgegaan worden tot de meting zelf, moet de nodige apparatuur geïnstalleerd worden.

De opzet van zo’n test is om in de woning een onderdruk te creëren, zodat mogelijke luchtlekken kunnen opgespoord worden.


Hiervoor wordt er in een deuropening een ventilator gemonteerd die lucht uit de woning zal onttrekken.


Om die volledig luchtdicht te kunnen plaatsen, wordt er gebruik gemaakt van een regelbaar kader, waarop een doek wordt gespannen.

De installateur laat dit kader zo goed mogelijk aansluiten op de deurranden, waarna hij met de hendels kan zorgen voor de nodige klemming.

Doordat er rubbers voorzien zijn aan de randen, verkrijgt hij zo een luchtdichte aansluiting.


Nadat ook het doek gemonteerd werd, plaatst hij nog een extra klem in het midden, die ervoor zorgt dat de constructie niet uit de deuropening geblazen zou worden door het drukverschil.


Ten slotte wordt de ventilator aangesloten. Die past perfect in de opening van het doek.


Via de nodige kabelaansluitingen worden referentiepunten voor buiten en binnen, druk… en dergelijke gecontroleerd.


Is de montage afgewerkt, dan neemt hij nog een aantal foto’s. Die zijn nodig als bewijsmateriaal bij het latere verslag.


Eens ook de laptop geconnecteerd is en de nodige gegevens zijn ingevuld – zoals type gebouw, aantal kubieke meter… – kan de test gestart worden.


Via de ventilator wordt lucht naar buiten getrokken en ontstaat er een lichte onderdruk in de woning. Daardoor zal er ter hoogte van luchtlekken lucht naar binnen gezogen worden en kun je die gemakkelijk opsporen.

Man 2

(C0140)

Tijdens de tussentijdse test vandaag hebben we de luchtlekken opgespoord met infrarood. Dat vereist natuurlijk wel een temperatuursverschil tussen binnen en buiten, maar dat geeft heel snel een juist beeld waar dat de luchtlekken zich bevinden.

Om de thermografische camera te kunnen gebruiken, is er best een temperatuursverschil met buiten van zo’n 10°C.

Met de camera kun je dan zien waar er koude lucht binnenkomt in de woning en waar dus de lekken zitten.
Op die manier kan kamer per kamer gecheckt worden.
De beeldopnames worden ook vastgelegd, want het toestel neemt tegelijkertijd een warmtefoto en een gewone foto. Zo heb je later steeds een referentie voorhanden en kun je de beelden vergelijken met de ruimte om te weten waar extra behandeling noodzakelijk is.

Man 2

(C0140)

Aanvullend hebben we ook de rookgassen gebruikt. De rookpipetjes aan de binnenzijde, dat toont de kleine luchtlekken. En dan de verdere aansluitingen werden gecontroleerd met een handfogger, dat is een rooktoestel die we aan de buitenzijde gebruiken om dan te zien aan de binnenzijde waar de rook precies binnenkomt.

Met de rookgastest kun je in detail lekken gaan opsporen.

Door rook te blazen bij bepaalde aansluitingen zie je of er luchtverplaatsingen gebeuren.

Waait de rook dus op, dan weet je dat die plaats nog niet volledig luchtdicht is.


Wanneer we bijvoorbeeld vergelijken met plaatsen die wel al aangepakt zijn met de coating, dan zie je duidelijk dat er geen tocht is die de rook doet bewegen.


Bij poreuze ondergronden, zoals deze oude muur, is een slechter resultaat trouwens logisch. Maar pleisterwerk maakt ook luchtdicht, dus dit probleem zal dan automatisch verholpen worden.


Met een rookgenerator kunnen we ook van buiten uit aandachtspunten gaan opsporen. Door de onderdruk in het gebouw, zal de rook door spleten naar binnen trekken.

Zo kun je bijvoorbeeld aan de ramen controleren of de EPDM-aansluitingen of de glaslatten in orde zijn.


Het spreekt uiteraard voor zich dat zo’n rookgastest veel intensiever is en trager gaat dan de thermografische techniek. Maar bij die laatste moet je uiteraard wel zorgen voor voldoende temperatuursverschil met buiten.


Het resultaat van de meting wordt achteraf door de controleur geanalyseerd.

En in een verslag krijg je dan een opsomming van de pijnpunten en suggesties voor verbetering.


Man 2

(C0142)
Een luchtdichtheidsmeting heeft het voordeel dat er niet alleen E-peilpunten kunnen gewonnen worden, maar ook voor de klant is dit vrij belangrijk omdat zo het comfort in zijn woning toeneemt. Wat betekent dat precies? Dat is dat de warme lucht minder verloren gaat, dus… simpel: u gaat gaan slapen met 20 graden ‘s avonds. U staat op en uw woning zal nog altijd 19,5 graden zijn. Dat is zeer aangenaam, dus uw energiekost is ook beperkt dankzij een goede luchtdichtheid. En eigenlijk de pijler ventilatie is ook zeer belangrijk want eens goed luchtdicht gemaakt, dient er geventileerd te worden. Zo gaan de drie parameters isolatie, luchtdichtheid en ventilatie hand in hand.
Met zo’n tussentijds verslag heb je een indicatie van de zwakke plekken van je gebouw. Maar de definitieve luchtdichtheidstest moet dan later nog gebeuren, wanneer de woning langs binnen afgewerkt is. Die is nodig om te kunnen bepalen hoeveel E-peilpunten je kan winnen.


In deze aflevering bespaarden we 1200 euro. Samen met het voorlopige totaal van 56.190 euro komt het gespaarde bedrag nu uit op 57.390 euro.


In de volgende aflevering pakken we in afwachting van de pleisterwerken nog een aantal kleinere klussen aan. Zo moeten de dakdoorvoeren voor onze ventilatie nog voorzien worden, laten we onze zekeringkast aansluiten en plaatsen we de sanitaire inbouwdozen.

 

Kleurenschema
Aantal tegels per rij
Beeldverhouding
Weergave
Hoeken afronden
0

Welkom bij Professional Media Group 

Professional Media Group maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren en te personaliseren. Door gebruik te maken van deze website gaat u akkoord met Het privacy- en cookiebeleid.