Transciptie
In de vorige aflevering gingen we over tot de afwerking van onze badkamer.
We begonnen met de vloer.
Die bekleedden we met een waterbestendig laminaat.
In deze aflevering pakken we de douchewand aan.
Een deel één gaan we de wand betegelen.
We kiezen voor witte rechthoekige wandtegels, waarmee we een neutrale lichte afwerking bekomen.
Een douche moet behoorlijk wat water kunnen verdragen.
Daarom volstaat het niet om de muur enkel te betegelen. Een extra waterwerende laag onder je muurafwerking is nodig.
Een waterdichtingsdoek op je muur verlijmen is hierbij een optie, maar ook een vloeibare emulsie is mogelijk.
Die hardt dan uit en vormt een waterdicht membraan.
Deze emulsie plaatsten we eerder al, in meerdere lagen.
Want tussen de laatste laag en het betegelen, moesten we minstens 12 uur wachten.
Met ook de douchebak al geplaatst, zijn alle nodig voorbereidingen getroffen om onze douchewand te kunnen afwerken.
Steven
Hier in het appartement werd gekozen om uh de badkamer uh in te richten met zwarte accenten… die eigenlijk wel een heel uhm trendy uitstraling heeft. Maar in dat geval, om het ruimtelijk te houden is het wel belangrijk om de muurkes terug licht te houden.
Een witte tint. Dat hoeft niet wit wit te zijn. Maar een uh witgrijze tint of een wat warmere tint, da's ook wel terug belangrijk naar de keuze van je vloer.
Hier werd er gekozen om uh, een wat warmer grijs te gaan kiezen die ook terug aansluit op de keuzes van de vloer in de hal en de leefruimte.
Dus de vloer zit ergens in contrast.
Klein beetje.
De muurtjes worden terug licht gehouden, in het witte.
… Aanvullend met de zwarte accenten.
Dat samen… zorgt ervoor dat je duidelijke contrasten hebt, maar dat je badkamer ook volledig opengetrokken wordt.
Hou er rekening mee dat er voor de meeste tegels een bepaalde levertermijn moet gerespecteerd worden.
Bestel ze dus op tijd!
Tegelen is best wel een vuil werkje.
Zorg er daarom voor dat je vloer en douchebak goed beschermd zijn!
Je dekt ze best af met een stevige waterbestendige folie.
Kleef je vloerbedekking vast, zodat ze niet kan verschuiven.
Om de badkamer open en ruimtelijk te houden, kiezen we voor witte keramische tegels.
Ze zijn rechthoekig, dus moeten we eerst nog bepalen hoe we ze gaan plaatsen.
Leggen we ze horizontaal of verticaal? Of in visgraat?
En in vol-, halfsteens- of wildverband?
Deze keuzes zijn puur persoonlijk.
Stal de stenen eens uit in de verschillende formaties…
Of zoek inspiratie online…
Zo kun je voor jezelf een beeld vormen van welke legrichting en welk legverband jij wil hanteren.
In dit geval gaan we de tegels verticaal plaatsen, in volsteensverband, dus met de voegen recht op en naast elkaar.
Wat nog rest is de startpositie te gaan bepalen.
Daarvoor moet je de afmetingen van je tegels kennen, én ook je voegbreedte vastleggen.
Je tegelleverancier kan je hierbij adviseren.
Hier gaat het om niet-gerectificeerde tegels. De randen zijn dus niet 100 % recht en hun grootte is niet altijd helemaal gelijk.
Daarom moet je een voeg van minimum 3 mm voorzien. Zo is er nog genoeg marge om de positie van de tegels bij te regelen voor een mooi resultaat.
Zet je eerste rij tegels dan uit, én hou rekening met de gekozen voegbreedte.
Op die manier kun je simuleren hoe je in de breedte met je tegels zal uitkomen.
Want het is belangrijk dat de laatste tegel van je rij voldoende breed is.
Is dit niet het geval, dan zal je ook de eerste tegel wat smaller moeten maken.
Ook in de hoogte moet je daarna nog bekijken hoe groot je laatste rij zou zijn.
Dit kun je best doen door de hoogte op te meten en te delen door de hoogte van je tegel.
Of je tekent de rijhoogte uit met behulp van een tegel.
Vergeet in beide gevallen de voegbreedte niet mee te rekenen!
Hier hebben we een iets te kort reststuk bovenaan. We willen het een 5-tal centimeter groter, dus moeten we de onderste rij tegels 5 centimeter inkorten.
Controleer ten slotte nog even de hoeken van je ruimte.
Lopen die mooi loodrecht, dan kun je die als referentie gebruiken.
Indien niet, zal je een loodlijn moeten uitzetten.
We moeten hier de tape aan de randen van onze waterdichte coating nog weghalen.
Trek dit af naar buiten toe, om je coating niet te beschadigen.
Beter is eigenlijk om de tape weg te halen als je laatste laag nog nat is, dan zal die minder scheuren en zal het veel vlotter gaan!
Eens het voorbereidende denkwerk gedaan is, kun je bijna starten met tegelen.
Bijna… want het is beter om eerst het snijwerk voor je eerste rij al te doen.
De verwerkingstijd van je lijm is immers beperkt, zo kun je anticiperen en wat tijd besparen.
De gemakkelijkste manier om de tegels in te korten is om een manuele tegelsnijder te gebruiken.
Daarmee kun je snel en makkelijk de tegels op maat maken.
Onze onderste rij moet hier 5 centimeter korter gemaakt worden.
We beginnen met de tegels die naast de douchebak komen volgens die maat te versnijden.
We positioneren een afgekorte tegel dan op de grond, naast een originele tegel die op de douchebak staat.
Door het verschil in hoogte te markeren, weten we hoeveel we de tegels die op de douchebak zullen komen te staan moeten bijwerken.
Meet tot het streepje, zodat je de exacte maat kent.
Hier is dit 7 centimeter.
Op de tegelsnijder is een maatlat aangegeven, die je helpt om op de juiste maat af te korten zonder dat je dit op elke tegel apart moet aftekenen.
Hou de tegel dus op de juiste positie.
Met het snijwiel op de machine maak je dan een kras in de toplaag van de tegel.
Vervolgens duw je met het speciale hulpstuk op de tegelsnijder op je tegel, zodat die in twee breekt, volgens de snijlijn.
Bij de eerste tegel die je op maat maakt, meet je de nieuwe afmeting best eens na, zo ben je zeker dat je juist bezig bent.
Daarna kun je de andere tegels volgens dezelfde werkwijze op maat gaan snijden.
Voor je de tegels nu gaat verlijmen, check je nog of ze niet te poreus zijn.
Dit kun je doen door een stukje tegel onder te dompelen in water.
Verschijnen er belletjes, dan is de tegel poreus en is het beter die even te verzadigen met water voor een betere hechting.
Om de lijm aan te maken check je eerst de verpakking.
Daarop is terug te vinden hoeveel water je nodig hebt om de lijm aan te maken.
Doe alvast wat van het water in je emmer voor je het poeder toevoegt, zo blijft het minder plakken.
Voeg dan nog wat extra water toe en meng.
Gebruik nog niet onmiddelijk de volledige hoeveelheid water, want je lijm mag zeker niet te lopend zijn!
Het is niet de bedoeling dat je tegels van de muur af glijden…
Meng dus goed door en voeg indien nodig geleidelijk wat water toe.
Voor kleine hoeveelheden kun je gerust een boormachine met mengstaaf gebruiken.
Zet die wel op lage snelheid, zo geeft die meer kracht en zal je machine niet verbranden.
Merk je dat je lijm de goeie consistentie heeft, laat die dan 5 minuten rusten en meng nog eens door.
Spoel je mengstaaf meteen af met water, dat bespaart veel poetswerk achteraf.
Zorg er nog voor dat je een geschikte lijmkam voorhanden hebt om de lijm aan te brengen.
Algemeen geldt: hoe groter de tegels, hoe groter de vertanding moet zijn.
Hier zijn de tegels 10 op 30 centimeter, dus is een tand van 6 mm groot genoeg.
Reken dat je ongeveer één derde van deze dikte overhoudt na het tegelen. Wat betekent dat je een finale lijmlaag van ongeveer 2 mm zal hebben.
De lijm is cementgebonden, draag dus steeds handschoenen tijdens het tegelen.
Breng de lijm voor je onderste rij met de lijmkam aan op de wand.
Het is belangrijk om voldoende lijm aan te brengen, maar dan ook goed af te strijken met de getande zijde van de kam.
Op die manier vorm je rillen, die ervoor zorgen dat de tegel goed in de lijm plakt en je die nog wat kan bijregelen.
De rillen moeten wel goed gevuld zijn.
Zie je dat dit niet het geval is, breng dan wat extra lijm aan en kam opnieuw op.
Nu kun je de tegels plaatsen.
Ook onderaan moet je een voeg voorzien.
Maak de naad eerst wat vrij met je vinger, want anders zou er te veel lijm gaan uitpuilen.
En voorzie voegkruisjes of kaleerblokjes volgens de juiste dikte.
Positioneer de tegel op het afstandblokje en duw hem goed aan in de lijm.
Let erop dat je de gesneden kant naar beneden plaatst, want die naad moet toch nog opgekit worden.
Tussen de tegels plaats je voegkruisjes, zodat de voeg overal min of meer even breed is.
Merk je dat de lijm zich in de voeg verplaatst bij het tegelen?
Probeer die dan onmiddellijk zo veel mogelijk weg te halen. Dit zou de hechting van het latere voegsel kunnen verminderen.
Is het ingelijmde deel van tegels voorzien, breng dan op een volgend stuk lijm aan om je rij zo stelselmatig te vervolledigen.
In welke richting je de lijm opkamt maakt weinig uit, kies de richting die voor jou het makkelijkst werkt.
Wat telt is dat er voldoende lijm aangebracht is en dat die mooi opgekamd wordt.
Het gaat hier om tegels die niet helemaal gelijk en recht zijn.
In dat geval is het niet evident om een volledig rechte lijn te bekomen.
Probeer eventueel wat bij te regelen onderaan om dit zo goed mogelijk te benaderen.
Controleer je eerste rij ook steeds met de waterpas, want het is belangrijk dat die pas is.
Want die vormt de basis waarop de rest van je tegelwerk zal afgestemd zijn.
Doordat de tegels hier niet volledig vlak zijn, heeft het weinig zin om aan de voorzijde de positie van de tegels te checken.
Zijn je tegels wél vlak, dan kun je een niveleersysteem gebruiken of controleer je regelmatig met een regel of alle tegels mooi in hetzelfde vlak liggen.
De laatste tegel van de rij zal je ook in de breedte nog op maat moeten maken.
Dit kun je pas doen eens de volledige rij getegeld is, zodat je de resterende afstand kan opmeten.
Trek hier nog je voegbreedte van af en teken af op de tegel.
Zorg dat je aan de juiste kant aftekent, zodat je snijkanten steeds aan de muur- of vloerzijde zitten.
Het versnijden aan de lange zijde kun je met een haakse slijper doen, als het af te korten deel te dun is.
Zorg er wel voor dat je het juiste type slijpschijf gebruikt.
Voor tegels is dit best een vol, maar dun blad. Zo heb je minder kans op splinters.
Voor de volgende rijen ga je op exact dezelfde manier te werk.
Daar kun je steeds volle tegels gebruiken.
En met behulp van de voegkruisjes bekom je een gelijkmatige voegbreedte rondom rond je tegels.
Al zijn de tegels niet-gerectificeerd, probeer er wel voor te zorgen dat je verticale voegen netjes boven elkaar zitten, zodat de voeglijnen in je tegelmuur recht zijn.
Voor het betegelen van onze douchewand gebruiken we een mortellijm.
De klasse van de lijm die je gebruikt is afhankelijk van de grootte van je tegels en de toepassing.
In deze doucheruimte zal de temperatuur en vochtigheid behoorlijk schommelen én werken we met kleine tegels. Daarom werken we met een lijm van C2TE-klasse.
De C staat voor een cementgebonden poedertegellijm.
De 2 duidt op het feit dat de lijm een verbeterde hechting heeft.
T en E hebben te maken met de verwerking, waarbij T staat voor een verbeterde slipweerstand en E voor een verlengde open tijd.
Concreet betekent dit dus dat deze lijm prima geschikt is voor het gebruik in natte ruimtes en voor wandbetegeling!
Concreet is de open tijd van deze lijm 30 minuten.
Dit betekent dus dat eens je de lijm op de muur aangebracht hebt, je nog een half uur de tijd hebt om de tegels in het lijmbed te plaatsen.
De eerste 15 minuten zal je de tegel nog lichtjes kunnen corrigeren.
Breng dus niet te veel lijm in een keer aan op je wand, of haal overtollige lijm tussendoor weg, zodat je met een volledige verse lijmlaag weer verder kan.
Zit er wat lijm op je tegels, veeg dit dan onmiddellijk weg met wat proper water en een spons, zo zal dit niet aankoeken.
Maak ook niet te veel lijm in een keer aan.
Want eens aangemaakt is de lijm ongeveer 4 uur verwerkbaar.
Het is beter om tussendoor lijm bij te moeten maken, dan om lijm te moeten weggooien.
Zorg tijdens het tegelen steeds voor voldoende lijm en duw de tegels ook goed aan bij het aanbrengen.
In principe moet de achterzijde van je tegel mooi vol lijm hangen, dan ben je zeker van een goeie hechting.
Je zal trouwens zien dat de voegkruisjes de tegels iets uit elkaar duwen…
Het is belangrijk dat de tegels niet tegen elkaar zitten, voor de dilatatie, en zo zal je voegsel ook beter hechten.
In de meeste gevallen zal je kunnen werken met enkele verlijming. Dit betekent dat je enkel de muur hoeft in te lijmen.
Dubbele verlijming – dus ook het inlijmen van de tegels – wordt voornamelijk toegepast bij grootformaattegels en bij een lijmlaag die dikker dan 5 mm moet zijn.
Hier zijn de tegels klein en hoeft de lijmlaag niet dik te zijn.
Onze muurafwerking – dit zijn tegels plús lijm – mag ook niet dikker zijn dan 1 centimeter, anders zou de douchewand niet meer op onze douchebak passen…
De lijmkrulletjes die je trouwens kan zien op de tegels dienen om de tegels niet te beschadigen tijdens het transport en kunnen later makkelijk weggehaald worden.
Deze lange muur betegelen we volledig, ook verder dan waar onze douchewand zal reiken.
Het stuk dat buiten de douche valt heeft geen waterdicht membraan op de ondergrond, omdat de waterbelasting daar een stuk minder zal zijn.
Eenmaal deze eerste wand gedaan is, moet ook de andere zijde nog aangepakt worden.
Ook bij deze tweede muur is het nodig eerst je tegels uit te zetten voor je begint. Zodat je kan bepalen waar en hoeveel je de tegels zal moeten inkorten.
Eenmaal je de onderste rij dan weer op maat gemaakt hebt, kun je ook daar de tegels plaatsen.
Hier zal het betegelde deel niet tussen twee muren zitten, maar eindigt het aan één kant waar de douchebak stopt.
Daar moet je dan een eindprofiel plaatsen.
Meet de exacte hoogte voor het profiel op en maak het alvast op maat.
Hou het ook al even ter plekke, met de waterpas, zodat je de exacte positie alvast kan aftekenen.
Met deze positie hou je nu rekening als je de eerste tegelrijen plaatst.
Zorg dat het vrije uiteinde ook mooi loodrecht is.
Nu er al wat basis is, kun je het eindprofiel ter plaatse bevestigen.
Breng wat lijm aan op de voeg en schuif het profiel voorzichtig achter de al geplaatste tegels.
Zorg dat het loodrecht hangt en zet het bovenaan voorlopig vast met een aantal dotten lijm.
Haal overtollige lijm uit de voeg tussen profiel en tegels en maak het profiel ook onmiddellijk proper, voor de lijm te hard wordt.
Daarna kun je gewoon verder gaan met tegelen, tot tegen het profiel.
Let er uiteraard op dat je het eindprofiel hierbij niet verschuift.
Waar de toevoerleidingen voor de douchekraan zitten, moet je natuurlijk een uitsparing uit je tegels zagen.
Het best is om hiervoor een diamantboor te gebruiken.
Hier hebben we echter het probleem dat de sanitaire inbouwpotten iets te ver naar voor zitten, waardoor we de gaten iets groter zullen moeten maken.
We tekenen dit precies af en maken de uitsparing zorgvuldig met een slijpschijf met diamantblad.
Doordat we hier moeilijk met de lijmkam bij kunnen, lijmen we uitzonderlijk de tegels zelf in.
Zodat we ze nauwkeurig op hun plaats kunnen hangen.
Vergeet niet telkens de nodige voegkruisjes te gebruiken om je tegels netjes te positioneren.
Heb je plaatsen waar de voeg wat moet bijgeregeld worden, wat soms voorvalt bij niet-gerectificeerde tegels – dan kun je gerust een tegelspietje gebruiken.
Dit helpt je de voeg aan te passen aan de vereiste breedte.
Je tegelt trouwens best tot óp de douchebak, dit is de beste manier om water onder je bak te voorkomen.
Maak die wel onmiddellijk proper na het tegelen, zodat er geen lijmresten op achter blijven.
Voor je de betegelde wand nu mag voegen, moet je minstens 8 uur wachten…
In deel twee werken we de betegelde wand af, want die moet nog opgevoegd worden met een geschikte voegmortel.
Om het kleur van het voegsel te bepalen, maken we eerst een aantal voegstalen.