In deel één passeerden al heel wat adviezen om je trap te verduurzamen. Een volledige make-over lukt ook met overzettreden. Om dat te realiseren, heb je wel wat voorbereiding nodig. Als eerste taak start je met het opmeten van de breedte en hoogte van elke traptrede. Doe dit voor elke trede afzonderlijk want ze kunnen wat verschillen in afmeting. Noteer je opmetingen zorgvuldig zodat je niet voor verrassingen komt te staan. Haal er de overzettreden bij. Laat die enkele uren wennen aan de temperatuur en vochtigheid van de ruimte waar ze terecht zullen komen. Hout of namaakhout kan wat uitzetten of krimpen bij veranderende omstandigheden, en daardoor zouden je maten niet meer kunnen kloppen als het hout nog wat ‘werkt’. Een ander aandachtspunt is of de traptrede wel vlak uitkomt. En is de trap wel haaks genoeg? Zo weet je in hoeverre je de hoekdelen het best op elkaar kan doen aansluiten. Terug naar de werktafel. Gezien de overzettreden mooi moeten aansluiten, ga je hier het best te werk met een afkortzaag. Die is heel stabiel om haaks – of in een bepaalde hoek – het hout te verzagen. Zorg dan dat je werkstukken niet wiebelen tijdens het zagen. Zoek voor voldoende ondersteuning. Nog eens opmeten voor alle zekerheid. Zet de maten over op je werkstuk. Als visuele steun kan je de maat nog eens extra verduidelijken met een winkelhaak. Zo kan je het zaagblad goed mikken mocht het laserlijntje van de machine stuk zijn, of de batterijen ervan leeg zijn. Zagen zonder versplintering heeft met de hoeveelheid tanden van je zaagblad te maken. Kies dus het juiste zaagblad. Je kan ook de kant waar het zaagblad uit het hout grijpt, beschermen met tape. Dat houdt de houtvezel strak bijeen en vermindert versplintering. Welk zaagblad kies je nu? Hoe minder tanden, hoe grover de zaagsnede. Een zaagblad met vierentwintig tanden is voldoende om een balk ruw af te korten. Moet het veel verfijnder, zoals bij het zagen van laminaat? Dan heb je achtenveertig of zelfs tweeënzeventig tanden nodig om het risico op splinters te vermijden. Laat de machine alvast rustig haar werk doen. Check of de overzettrede mooi aansluit. Desnoods werk je nog wat bij waar nodig. Meet de volgende traptrede op. En dan blijft het werk voor quasi hetzelfde. Wat je ook al in voorbereiding kan doen is om telkens een trap tussen te laten. Als je later monteert, heb je dan nog steeds een traptrede over om naar boven te wandelen. Zet de maten nauwgezet over en vergeet de tape niet aan te brengen om het risico op versplinteren te verminderen. Eens alle stukken verzaagd zijn, is het tijd voor de montage van de panelen. De treden kunnen wat bol of hol staan dus de waterpas moet er echt wel bij om te zien waar je de trede in het vlak moet krijgen. Wat kaleerblokjes zijn dan ideaal om het verschil bij te werken. Haal er de montagelijm bij. Zorg dat de originele traptrede schoon en stofvrij is. Plaats de kaleerblokjes en breng de kit aan. Blijf een beetje weg van de randen zodat niet alle kit dreigt uit te lopen als je straks gaat aandrukken. Plaats de overzettrede. En nu heb je nog een laatste kans om met de waterpas te controleren of je goed uitkomt. En dat is het zo’n beetje. Blijf zorgvuldig te werk gaan. Laat zeker geen vuiligheid achter want anders ga je dat horen kraken als er een overzettrede over is gemonteerd. Je gaat best nog niet lopen op de treden die net gemonteerd zijn. Kleef er wat tape op. Dan zie je in een oogopslag waar je je voeten mag plaatsen. En dan kan je weer aan de slag voor de overgelaten treden. Door telkens een trede over te slaan, is er de mogelijkheid om tijdens de werken nog naar boven te kunnen gaan. Als de lijm voldoende is uitgehard van de eerste geplaatste serie overzettreden, kan je de tape nog wisselen met de recent geplaatste treden. We hebben het nog niet gehad over stootborden. De demotrap is hier nog open, maar wie dat wil, kan de trap nog dicht maken. Uiteraard start alles terug met het nauwkeurig opmeten. Zet de maten nauwkeurig over. En gebruik opnieuw de afkortzaag, het liefst met een zaagblad met veel tanden voor een fijner resultaat. Pas het stootbord in hoogte en breedte aan. Als je in de lengte moet zagen – en heel nauwkeurig – is een tafelzaag met geleider het handigst. Laat niet meer dan een drietal tanden uit het werkstuk steken. Zo zal het zaagblad stabieler draaien en exacter zagen. Dankzij de geleider kan je werkstuk niet verschuiven en bekom je een zeer nauwkeurige zaagsnede. De stootborden zijn vrij dun en er is niet veel plaats om te gaan schroeven. Er moeten dus nog extra steunlatten gemaakt worden om de stootborden te kunnen bevestigen. Gebruik gerust wat resthout. Hier lag er nog wat MDF op overschot. Monteer de steunlatten met nog wat montagelijm aan de achterkant van het stootbord. Plaats de latten. Dankzij de lijm kunnen die nog wat verschuiven, maar dat is ook de bedoeling. Want eenmaal het stootbord netjes op zijn plaats zit, kan je nu het MDF nog op z’n plaats schuiven. Om een extra hechtingsoppervlak te creëren, kan er nog wat montagelijm aan de randen aangebracht worden. Waar nu nog een naad zichtbaar is, kan je gaan afdekken door het MDF nog netjes op z’n plaats te gaan verschuiven. Zorg wel dat aan de zichtbare kant na al dat duwen het stootbord nog mooi haaks staat. En dan is het gewoon in serie voortwerken. Let vooral op dat je mogelijks gemorste montagelijm op tijd opkuist. Eens die aan je handen of schoenzolen kleeft en je door huis wandelt ... En met wat handigheid is het beloopbare gedeelte van deze demotrap redelijk snel getransformeerd in een strakkere trap. Maar er is nog wat detailwerk nodig. De kopse kant komen hoger uit dan de boomtrap en om dat weg te werken kan je nog een afwerkingslat plaatsen. Zoek het niet te ver. Kies in de stijl van de overzettreden of werk het nadien af in de verfkleur van de trap. Straks wordt de lat ook gelijmd maar de hoeken moeten nog aangepast worden. Onderaan leg je er een lat of winkelhaak tegen en teken je af. En omdat het zo’n dunne lat is en onder een hoek moet worden afgezaagd, komt de afkortzaag ook nu weer van pas. Al even ter plaatse zetten want er moet nog een tweede aansluiting worden gemaakt bovenaan. Laat de twee latten tegen elkaar aansluiten. Zet de horizontale as en schuine as van de trapboom over op de afwerkingslatten. En zaag vervolgens uit. En dan simpelweg nog het uiteinde van de bovenste lat inkorten en de klus begint op zijn einde te lopen. Voila. En het verstek sluit strak tegen elkaar aan alvast! Rest nog enkel de afwerkingslat te verlijmen met het restje aan montagekit. Druk goed aan. Om de lat tijdens het uitharden beter te fixeren kan je er nog enkele draadnagels met verzonken kop in slaan. Met een tik van de bankhamer op een doorslagje, kan je mogelijke draadnagels die nog te veel uitsteken wat dieper in het hout krijgen. Het putje in het hout dat overblijft kan je nog vullen met wat houtvuller. Door de lat stevig aan te drukken, kan er hier en daar wat montagelijm gaan druppen. Maak dat nog schoon vooraleer het is uitgehard. De afwerkingslat kan je dan nog meeschilderen in de kleur van de trap. Nog een laatste detail. De naden tussen traptrede en stootbord kan je nog wegwerken met een afwerkingskit in een kleur die meegaat met de houtkleur van de overzettreden. Gebruik een afwerkingszeep om makkelijker over de kit te strijken om het tot een strakke naad te verwerken. Er is maar heel weinig kit nodig, maar het zorgt wel voor dat je niet op openstaande randen zit te kijken.